Ondernemen is leuk en uitdagend. Vooral als je je zoveel mogelijk kunt richten op ondernemen. Als ondernemer krijg je echter ook te maken met allerlei rand- en bijzaken. De één leuker dan de ander. Heb jij personeel in dienst? Dan is één van de minder leuke momenten wanneer een werknemer je opbelt en zich ziek meldt. Indien de ziekmelding wel eens kon gaan uitlopen op een langdurig ziektetraject, is het belangrijk dat je je als werkgever bewust bent van de ‘Wet Verbetering Poortwachter’. Veel werkgevers hebben wel eens van de wet gehoord en weten dat het ‘iets’ te maken heeft met zieke werknemers. Maar concreet weten wat de wet van werkgevers verwacht? Daar hebben werkgevers vaak geen goed antwoord op. Onze P&O adviseur Wilbert Prins praat je daarom graag bij én voorziet werkgevers van een handig stappenplan.
De Wet Verbetering Poortwachter is op 1 april 2002 van kracht geworden. De wet viert dus bijna zijn twintigste ‘verjaardag’. Het doel van de Wet Verbetering Poortwachter is het terugdringen van langdurig ziekteverzuim van werknemers. De wet heeft als uitgangspunt dat de werkgever en werknemer zich –in samenwerking met de arbodienst of een bedrijfsarts– samen gaan inspannen, zodat de werknemer op een goede en zo snel mogelijke manier weer aan het werk kan.
Voldoe je als werkgever niet aan de verplichtingen uit de Wet Verbetering Poortwachter? Dan kan het UWV een loonsanctie opleggen. In het slechtste geval moet je in dat geval na de 2 jaar loondoorbetalingsplicht nóg een heel jaar lang het loon van de werknemer doorbetalen. De loondoorbetalingsverplichting bij ziekte is eerder behandeld in dit artikel. Uiteraard wil je een loonsanctie als werkgever koste wat kost voorkomen. Daarom is het belangrijk om als werkgever je verplichtingen na te komen.
Maar, hoe voldoe je als werkgever dan aan de verplichtingen uit de Wet Verbetering Poortwachter? En waar begin je? Terechte vragen. Speciaal voor werkgevers zetten we daarom de belangrijkste stappen op een rij.
Zodra je werknemer ziek is, meld je dit bij een arbodienst of bedrijfsarts. Dit moet je wettelijk gezien uiterlijk binnen één week na de eerste ziektedag doen.
Zorg dat je vanaf de ziekmelding alle afspraken vastlegt en deze goed bewaart. Ook de afspraken die je telefonisch maakt met je medewerker kun je het beste zwart op wit (kan ook via een e-mail of eventueel een Whatsapp bericht) bevestigen. Dit ‘bewijsmateriaal’ heb je mogelijk later nog nodig. Zie ook stap 6 en 10.
Is je werknemer zes weken ziek? Dan moet de arbodienst of bedrijfsarts een probleemanalyse opmaken. Hierin staat waarom de werknemer niet meer kan werken en wat de mogelijkheden tot herstel zijn.
Binnen acht weken na de ziekmelding (uiterlijk twee weken na de probleemanalyse) moet je als werkgever een Plan van Aanpak (PvA) maken. Dit doe je in samenwerking met je zieke werknemer. In dit plan beschrijf je concreet wat jij en je werknemer gaan doen om de re-integratie vorm te geven en de werkzaamheden (op den duur) weer te gaan hervatten.
Iedere zes weken moet je als werkgever met je werknemer de voortgang bespreken. Dat hoef je trouwens niet allemaal zelf te doen. Je kunt als werkgever een ‘casemanager’ kiezen. Dat is iemand die de uitvoering van het Plan van Aanpak begeleidt en controleert. Wel is het handig om zelf op de hoogte te blijven van de voortgang. Jij bent als werkgever uiteindelijk verantwoordelijk.
Is er sprake van dreigend langdurig verzuim? Dan moet je een re-integratiedossier bijhouden. Hierin staan het verloop van de ziekte en alle stappen die jij en je werknemer hebben genomen om re-integratie mogelijk te maken. Alle afspraken die je hebt vastgelegd en de formulieren en documenten die je hebt gebruikt bij de vorige vier stappen, vormen het re-integratiedossier. Ook alle documentatie die bij de volgende stappen hoort, moet je toevoegen aan het dossier.
Is je werknemer 42 weken ziek? Dan moet je dit melden bij het UWV (klik hier). Dit kun je online doen, via het werkgeversportaal.
Tussen week 46 en week 52 na de ziekmelding, volgt een eerstejaarsevaluatie. Jij en/of je casemanager kijkt dan samen met je werknemer terug op het (bijna) afgelopen jaar. Je stelt vast welk re-integratieresultaat je in het tweede ziektejaar wil behalen en hoe je dat samen gaat aanpakken.
Na een jaar ziekte kun je, indien noodzakelijk, als werkgever verplicht zijn om de werkzaamheden, de werkplek en/of de arbeidsmiddelen van de werknemer aan te passen. Dit mag natuurlijk ook eerder, als het kan en gewenst is door beide partijen.
Is de werknemer na twintig maanden nog niet volledig aan de slag? Dan maak je een re-integratieverslag (RIV). Dit doe je in overleg met je werknemer. Hierin staan alle afspraken en concrete resultaten van de geplande werkhervatting.
Als je werknemer na 87 weken nog niet aan de slag kan, ontvangt hij een WIA-aanvraagformulier van het UWV. Dit formulier moet hij binnen drie weken terug sturen aan het UWV. Het is verstandig om hier als werkgever ook kort op te zitten en dit in de gaten te houden.
Na de aanvraag beoordeelt het UWV het re-integratieverslag en voert het UWV de WIA-keuring uit. Als er aan de wettelijke voorwaarden is voldaan, start de WIA-uitkering voor je werknemer. Na twee jaar ziekte is het ontslagverbod opgeheven en kun je het dienstverband met de werknemer formeel gaan beëindigen.
Als werkgever heb je je gedurende het re-integratietraject van een zieke werknemer te houden aan verschillende verplichtingen. Per slot van rekening wil je voorkomen dat het UWV je een derde jaar loondoorbetaling oplegt, omdat je niet voldaan hebt aan de verplichtingen van jou als werkgever gedurende het ziekteproces van je werknemer. Kom dus vooral in actie bij langdurig ziekteverzuim.
Heb je hulp nodig bij het voldoen aan de eisen van de Wet Verbetering Poortwachter? Of ben je benieuwd hoe wij je verder kunnen helpen in het re-integratieproces van een zieke werknemer? Neem dan gerust contact op met onze P&O adviseur Wilbert Prins via 038-2009016 of lonen@felix.nl.